Grouster predikant stapt tijdelijk over op ‘kerkvideo’
Dominee Reinier Nummerdor van de Sint Piterkerk in Grou stapt voorlopig over van de fysieke kerkdienst op ‘kerkvideo’. Dit vanwege het coronavirus. De digitale diensten verschijnen elke zondagochtend op YouTube.
Kerkdienst valt in de smaak
Een overdenking van de dominee en muziek van de organist en waar mogelijk van gemeenteleden. Dat is de insteek van de ‘kerkvideo’ van de Protestantse Gemeente Grou-Jirnsum. “Het is een eenvoudige, simpele vorm”, zegt predikant Nummerdor. “We passen deze vorm misschien nog aan, maar we zijn net begonnen.” De kerkdienst valt tot nu toe in de smaak. De eerste dienst van afgelopen zondag werd meer dan 150 keer bekeken. “Normaal gesproken zitten er zo’n 40 tot 50 mensen in de kerk, dus de video moet ook door wat mensen van buiten de kerk zijn gezien”, vermoedt de dominee.
Samenwerking met organist en gemeenteleden
De predikant kwam samen met gemeenteleden op het idee om tijdelijk op een ‘kerkvideo’ over te stappen. De beheerder van de website, Walter Miedema, komt nu op donderdagen langs voor het opnemen van de overdenking. Hij zet daarna een filmpje van ongeveer een half uur in elkaar, met de muziek. Die muziek wordt vooraf ingespeeld. Organist Carl Visser – die van buiten Grou komt – speelde onlangs alvast voor drie weken orgelmuziek in op het kerkorgel, gemeentelid Muriel Seinen speelde in de eerste dienst op haar hobo. Nummerdor vindt het een leuke mix. “Deze ‘kerkvideo’ bevalt mij goed. Ik zie mijzelf niet zo snel in een lege kerk staan (elders nemen predikanten alleen of in kleine samenstelling diensten via audio op, red.) en de reacties zijn tot nu toe erg positief.”
Er zit nog meer in de pen
De Sint Piterkerk gaat voor onbepaalde tijd door met de digitale kerkdiensten, want alle diensten zijn tot Pinksteren afgelast. “Dus voorlopig deze ‘kerkvideo’, behalve als ik er een keer een weekje niet ben. We hebben ook nog wat filmpjes met meditatie en ontspanningsoefeningen opgenomen en er zit mogelijk nog meer in de pen. Zo probeer je wat hé.”
Bron: LeoMiddelsé